Kijk niet zo zuur!

                    

Een atjar is een zuur (bij)gerecht van de Indonesische, de Indische en de Maleisische keuken.
In Nederland wordt het woord nog volgens de oude Nederlands-Indische spelling geschreven; in de moderne Indonesische spelling wordt het woord nu geschreven als acar.

Tot zover wikipedia over atjar.
Inderdaad ordinaire atjar, volgens verschillende sites is dat makkelijk zelf te maken.
Nou, dat zullen we dan nog wel eens zien!

Benodigdheden:

•  Witte kool
• Wortel
• Ui
• Paprika 
• Spaanse Pepers
• Koenjit (kurkuma of in het nederlands geelwortel)
• Natuurazijn
• Water
• Blanke Basterdsuiker
• zout

 De hoeveelheden staan niet echt vast, dus expirimenteer er gerust op los.
 Snij alle groente klein en rasp de wortel grof.

Het lastigste is het zuur maken (en dat stelt ook niks voor eigenlijk)
Azijn, water, suiker en de koenjit verhitten in een pan.
En let daarbij vooral op je eigen smaak, dus vind je hem te zuur, doe er suiker bij, is het zuur....
afijn je snapt de bedoeling wel.

Als het vocht kookt, de groente toevoegen en heel even beetgaar koken.
De groente uit de pan halen en in de gesteriliseerde* potjes "frotten". (ik kan er geen ander woord voor verzinnen).

Laat het zure vocht flink koken en dan voeg je het toe aan de potjes, de dekseltjes erop draaien (gebruik wel ovenhandschoenen of zoiets want het word behoorlijk heet) en zet ze op kop om af te koelen zodat de dekseltjes vacuüm trekken.

En zie hier de zelfgemaakte atjar tjampoer (of acar campoer in nieuwe spelling) is klaar.
Dus het klopt, het is simpel om zelf te maken.



*Over het steriliseren van de potjes wijd ik nog wel eens een blog